Een natte onderbroek of poepbroek , bedplassen, angst om te poepen of blaasontstekingen: plas-en poepproblemen komen vaker voor dan je zou denken bij kinderen met autisme.
Wat doe je als jouw kind problemen ervaart of als zindelijk worden maar niet lukt?
Wanneer je als ouder het reguliere circuit instapt, zul je al snel verwezen worden naar de poep- en plaspoli. Helaas hebben ze daar lang niet altijd het antwoord als er ook autisme in het spel is.
De reden? Vaak liggen er oorzaken aan ten grondslag die bij kinderen zonder autisme niet spelen. Geef me de 5 heeft al vaak van doen gehad met deze problemen. En gelukkig kunnen we zeggen: als autisme de oorzaak is, dan kun je er iets aan doen.
Zindelijk zijn, betekent dat je controle hebt over je plas- en sluitspieren en op tijd naar de wc gaat, waar die wc ook is.
De leeftijd waarop kinderen zindelijk worden, is niet over de hele wereld gelijk. In Europa, Noord Amerika en Australië worden kinderen over het algemeen tussen 2 en 3 jaar overdag zindelijk. Tussen 3 en 4 jaar wordt vervolgens een groot deel ’s nachts droog.
Kort gezegd zijn er drie mogelijke hoofdoorzaken voor problemen bij het zindelijk worden:
Een medisch probleem los je natuurlijk niet zomaar op. Raadpleeg je huisarts als je vermoedt dat er meer aan de hand is. Heb je geen idee wat de oorzaak zou kunnen zijn, maar weet je wel dat je kind autisme heeft? Dan is het waarschijnlijk veel minder belastend voor je kind om eerst het autisme als uitgangspunt te nemen. Een medisch onderzoek kan altijd nog als andere oplossingen niet blijken te werken.
Bij een onderliggende oorzaak is het bijvoorbeeld thuis of op school niet veilig. In je broek plassen kan daar een gevolg van zijn. Ontlasting vasthouden ook: dat kan een gevoel van grip geven.
Als een onderliggende oorzaak de vermoedelijke reden is, dan zul je eerst die problematiek moeten oplossen voordat je het poep- of plasprobleem met de Geef me de 5-techniek kunt aanpakken. Ook dan is de huisarts het meest logische eerste aanspreekpunt.
Weet je dat jouw kind autisme heeft? Dan kunnen er acht oorzaken zijn voor het poep- of plasprobleem. Loop de oorzaken een voor een langs en begin met de oorzaak die het meest aan de orde lijkt bij jouw kind.
Bij CASS – iemand met autisme – kan een zindelijkheidsprobleem diverse oorzaken hebben:
Voor al deze oorzaken is er een aanpak die werkt. Al is de ene wat eenvoudiger en sneller op te lossen dan de andere. Het kan zijn dat er een combinatie van oorzaken is. Gebruik dan de aanpak voor alle betreffende oorzaken.
Het kan zijn dat CASS geen idee heeft dat hij en zijn lichaam één zijn. Laat staan dat hij weet dat hij zijn lichaam (inclusief blaas- en sluitspieren) kan sturen.
In dat geval kun je hem helpen door samenhang aan te brengen. De aanpak is kort en simpel. Je zegt tegen CASS: ‘Zeg maar tegen je piemel dat hij morgenvroeg om 7 uur weer in de wc mag plassen.’
Het klinkt te simpel voor woorden, maar als de samenhang ontbreekt, is dit wat werkt. Want hierdoor leert CASS dat hij met zijn hoofd zijn lichaam kan aansturen. Wanneer hij dit een bepaalde tijd blijft zeggen voor het slapengaan, wordt het geautomatiseerd en doet zijn lijf het vanzelf.
De aanpak bij de volgende oorzaken lees je in deel 2 van deze blogserie.
Belangrijk is dat je jouw aanpak, en de informatie die je geeft, volledig afstemt op wat jouw CASS nodig heeft. In onze cursussen leer je de methodiek toespitsen in jouw specifieke situatie. Door de mix van theorie, video’s en oefeningen ga je naar huis met praktische tips die je direct kunt toepassen. Meer informatie vind je op www.geefmede5.nl/cursussen.
