Actueel

« Terug naar overzicht

Even voorstellen; Sarah

04 november

Voor en achter de schermen van Geef me de 5 werken ruim 25 mensen die zich met passie inzetten voor mensen met autisme. In de blogserie ‘Even voorstellen’ vragen we telkens een van onze medewerkers het hemd van het lijf, zodat je ze beter kunt leren kennen.

Naam: Sarah Nieuwenhuis
Functie: innovatiemedewerker bij Geef me de 5 en begeleider zelfstandig wonen bij Autimaat
Leuk om te weten: veel mensen vinden het lastig om te tekenen. Sarah vindt het juist lastig om niet te tekenen als ze iets wil uitleggen. Het helpt om de juiste focus te houden in een gesprek.

 

‘Ik heb goede voelsprieten ontwikkeld: wanneer iemand mij niet begrijpt, ben ik me er onmiddellijk van bewust dat er iets anders nodig is.’

 

Ze heeft een druk leven. Niet alleen is Sarah innovatiemedewerker bij Geef me de 5 en begeleidt ze jongeren die zelfstandig wonen bij Autimaat (de GGZ-instelling van Geef me de 5). Ze wordt ook zo nu en dan ingevlogen bij systeembehandelingstrajecten. Daarnaast heeft ze bijna de hbo-studie Sociaalpedagogische hulpverlening afgerond en is ze alvast begonnen aan de studie Psychologie. Dat alles terwijl ze ook nog een gezin heeft met twee kinderen en de derde op komst. ‘Het is goed te combineren hoor’, vertelt Sarah. ‘Ik ga drie dagen per week werken en de nieuwe studie kan ik makkelijk op afstand doen. Ik heb er ontzettend veel zin in.’

 

Basishouding

‘Ik denk dat mijn basishouding het belangrijkste criterium is waarop Geef me de 5 mij destijds heeft aangenomen. Teruggaan naar de oorzaak, niet boos worden op het gedrag, daar geloof ik in. Dat zit diep in mij.
Ik ben opgegroeid in een gezin met autisme, al wist ik dat toen nog niet. Net als Colette de Bruin heb ik gaandeweg ontdekt hoe ik het best op het autisme en het gedrag dat daaruit volgt, kon afstemmen. Ik heb het meest geleerd door te doen, met vallen en opstaan.
Eigenlijk heb ik niet zoveel met het labeltje autisme: ieder mens kan storingen hebben in het brein en heeft op verschillende vlakken moeite met dingen. Bovendien ben ik niet van het hokjesdenken. Je moet kijken naar de persoon en waar die moeite mee heeft. Als je daar duidelijkheid op geeft, gaat het al een heel stuk beter. Ik geloof ook niet in onwil, gedrag heeft altijd een oorzaak. Als je die vindt, kun je stappen maken.’

 

Drijfveer

‘Er kwam bij ons thuis altijd veel hulpverlening over de vloer. Dat ging lang niet altijd goed. Het was mijn drijfveer om de zorg in te gaan; ik wil het graag beter doen. De werkwijze van Geef me de 5 sluit daarbij aan. Ik werd aangenomen als ondersteunend begeleider bij Autimaat, de GGZ-instelling van Geef me de 5, ter ondersteuning van de systeembehandelaar. Als een kind een ‘ik-boek’ nodig had of een structuur om te reizen met het ov, dan hielp ik daarmee. En als de relatie met de ouders verstoord was, kon ik naast het kind staan. Ik werkte zowel met kindjes van een jaar of 4 als met jongeren tot een jaar of 18. Nu begeleid ik jongeren die zelfstandig wonen bij Autimaat.’

 

Breed inzetbaar

‘Mensen denken vaak dat Geef me de 5 alleen voor kinderen is. Dat misverstand zou ik uit de wereld willen helpen. Ook jongeren en volwassenen met autisme zijn gebaat bij de duidelijkheid en voorspelbaarheid. De methodiek zorgt bij alle leeftijden voor een hoop minder stress. Daarnaast werkt de methodiek zeer goed bij mensen met een verstandelijke beperking. Nu ik zelf een dochtertje heb met downsyndroom ben ik extra blij dat ik zoveel weet van storingen in het brein. Ik ben ook heel blij dat ze naar het kinderdagverblijf van Geef me de 5 gaat. Daardoor is onze aanpak hetzelfde. Ze ondertitelen daar de hele dag. Je ziet dat de kindjes daardoor sneller ontwikkelen, dat ze snel leren praten en dingen duidelijk kunnen maken.’

 

Ontwikkelen

‘Het boek Auti-communicatie was net uit toen ik bij Geef me de 5 begon. De cursussen zagen er toen ook nog anders uit dan nu. Vanaf dat moment heb ik de ontwikkeling van de methodiek meegekregen en eraan bijgedragen. Zo ben ik onder meer intensief betrokken geweest bij het boek Dit is autisme. Dat liep toevallig zo. Colette vroeg mij of ik wilde notuleren bij het eerste inhoudelijke gesprek dat ze met Fabiënne Naber had. Tijdens dat gesprek dacht ik bij sommige dingen: volgens mij klopt dat niet helemaal. Ik keek enorm op tegen Fabiënne, maar heb het toch uitgesproken. In plaats van te denken: wat weet jij er nou van, zagen ze mijn kritische vragen als een goede aanleiding om dieper te graven. Sindsdien betrokken ze mij er vaker bij.

Met het ontwikkelteam werken we precies zo. We brainstormen samen en delen onze ontdekkingen. Doordat we kritisch zijn op elkaar, blijven we niet vastzitten in onze eigen kaders. Voor mij is ontwikkelen: continu sparren tot je er bent. En als je denkt: ik ben er, volgt er altijd weer iets nieuws. Ontwikkelen gaat altijd door.’