Vrienden maken en behouden: zo bouw je sociaal referentiekader

Niet weten hoe te reageren, welke woorden te gebruiken, geen vrienden kunnen maken ondanks grote motivatie, of blijven piekeren over sociale situaties: het is een uitdaging. Ondanks herhaaldelijke uitleg en speciale trainingen zie je soms weinig groei bij iemand met autisme. Dat komt doordat er bij autisme een andere aanpak nodig is voor het ontwikkelen van sociale vaardigheden. In deze verdieping leer je hoe sociaal vaardiger worden bij autisme wél werkt. Het wordt voor je kind gemakkelijker om sociaal af te stemmen, gesprekken aan te gaan, vrienden te maken, en ook je eigen grenzen te bewaken.

• Ondertitelen van sociaal gedrag en wat daarbij hoort.
• Sociale regels en afspraken en het generaliseren ervan.
• Als-dan-formules.
• Visualiseren van sociale vaardigheden.
   

  Weten wie je bent, wat je voelt, wil en kan (of juist niet): een eigen ik bouwen
  
  Soms zie je dat iemand met autisme niet automatisch een zelfbeeld ontwikkelt. Je kind weet niet wat hij of zij voelt, wil of kan. De gevolgen hiervan zijn groot en kunnen zich uiten in onzekerheid, moeite met keuzes maken, geen mening kunnen geven, en niet voelen waar hun eigen grens ligt. In dit dagdeel leer je wat de gevolgen zijn van een leeg referentiekader en hoe je dit kader kunt opbouwen. Zo kun je voorkomen dat je kind de 'Ik' van een willekeurige ander overneemt en zijn of haar unieke persoonlijkheid naar boven laten komen.

   

• Observeren wat past bij ‘ik’.
• Ondertitelen van ‘ik’.
• Het maken van een ik-boek.